Gunilla Boomsma: ‘Wat is de beste voeding voor (top)sportende kinderen?’

wat is de beste voeding voor topsportende kinderen
Ouders van jonge (top)sporters vragen me als sportdiëtist vaak om advies. Ze twijfelen of hun kind wel de juiste en voldoende voeding binnenkrijgt: wat is de beste voeding voor mijn (top)sportende zoon of dochter? Hoe zit het met de energiebehoefte; is die anders dan bij volwassenen? En moet mijn kind ook speciale sportvoeding gebruiken zoals weiproteine shakes of sportdrankjes?

Weinig onderzoeksgegevens

Een volwaardige voeding is belangrijk voor iedereen, maar voor kinderen die intensief sporten is het helemaal belangrijk. Zij gebruiken hun voeding niet alleen voor dagelijkse (sport)activiteiten maar ook om te groeien en zich lichamelijk te ontwikkelen. Er is veel bekend over inspanning en energieverbruik bij volwassenen, maar over hoe dat bij kinderen zit, zijn minder onderzoeksgegevens beschikbaar. Dat voeding bij sportende kinderen aandacht verdient, staat buiten kijf. Daarom wil ik in deze blog uitleggen hoe ik tot een goed voedingsadvies kom voor sportende kinderen.

Wat heeft het kind nodig?

Allereerst verdiep ik me – net als bij volwassenen – in hun individuele verhaal. Een jeugdsporter die bij me op consult komt, vraag ik bij het intakegesprek van alles. Om te beginnen noteer ik natuurlijk de leeftijd, de lengte, het gewicht, het eventueel vetpercentage en de groeicurve. Maar daarna wil ik weten of het kind in een groeispurt zit, wat de trainingsfrequentie is en wat de intensiteit is van elke training. Vervolgens focus ik op het eetpatroon: wat en hoe eet het kind nu, is dit voldoende en heeft het de juiste samenstelling? Heeft het kind voldoende energie, slaap en tijd voor herstel? Dit alles maakt duidelijk wat het kind precies nodig heeft bij zijn of haar sport en bepaalt al in grote lijnen hoe mijn sportvoedingsadvies eruit gaat zien.

Is de basisvoeding goed?

Voor dat advies kijk ik hoe we de basisvoeding compleet kunnen maken. Waar zijn aanpassingen nodig zodat de basisvoeding voldoende energie levert en voorziet in de juiste vitamines, mineralen, eiwitten en andere voedingsstoffen. Ik leg dan meteen uit waarom een evenwichtige basisvoeding zo belangrijk is: je kunt het jonge sporters niet vroeg genoeg leren!

Timing is everything

Vervolgens kijk ik naar de trainingstijden en naar de timing van de maaltijden. Kinderen trainen vaak rond etenstijd en dat is lastig voor zowel de ouders als het kind. Ik geef advies over wat en wanneer ze het beste kunnen eten of drinken en in welke hoeveelheden. Voldoende koolhydraten en vocht voorafgaand aan de training zijn uiteraard belangrijk voor voldoende energie en een goede vochthuishouding.

wat is de beste voeding voor sportende kinderen

Kinderen zweten minder

Bij kinderen zijn de zweetklieren vaak minder ontwikkeld. Daarom kan het voor sommige kinderen moeilijk zijn om te zweten. Die kinderen kunnen hun warmte tijdens het sporten minder goed kwijt. Voldoende drinken voor, tijdens en na de training is voor hen extra belangrijk.

Wei-eiwit of niet?

Ook het herstel van de spieren na het sporten heeft bij jonge kinderen aandacht nodig. Ik adviseer meestal om na het sporten kwark, melk of een ander mager zuivelproduct te gebruiken met hoogwaardige eiwitten. Sommige ouders vragen of ze hun kind een wei-eiwit shake moeten geven. Mijn advies is om dat niet te doen. Met gewone voeding lukt het prima om goed te herstellen. En dat is een stuk goedkoper!

Vijf tips voor jonge sporters:

  • Op nummer 1: zorg voor een volwaardige basisvoeding!
  • Denk aan voldoende brandstof voorafgaand aan een training en zorg voor een goede timing;
  • Neem voldoende isotone sportdrank/hypotone drank 500-750 ml voor/tijdens/na sport;
  • Zorg voor een goed en snel spierherstel met zuivel en fruit of een gevarieerde hoofdmaaltijd;
  • Hou je groeicurve in de gaten en wees alert op ‘nieuwe’ behoeftes van je lichaam.

gunilla_boomsma_wat_is_de_beste_voeding_voor_topsportende_kinderen_beeldGunilla is sportdiëtist, en heeft inmiddels 12 jaar haar eigen praktijk “Boomsma Sportdiëtist”  in Haarlem.  Ze heeft ervaring in het begeleiden van een breed scala van (top)sporters. Gunilla is tevens sportdiëtist binnen de KNZB afdeling synchroonzwemmen en bij de A-selectie van voetbalclub AZ. Naast individuele adviezen geeft ze onder meer voedingsworkshops binnen bedrijven, scholen en sportverenigingen. Gunilla heeft een actief topsportverleden in baanatletiek en ze heeft 11 jaar lang deel uitgemaakt van de Nationale langlaufselectie. Momenteel is ze nog steeds actief met hardlopen en wielrennen. 

Nederlandse man is de langste ter wereld

nederlandse_man_is_de_langste_ter_wereld

Nederlandse mannen zijn gemiddeld de langste in de wereld en de gemiddelde Nederlandse vrouw moet alleen de Letse vrouw als langere erkennen. Dit is gebleken uit dit onderzoek van De NCD Risk Factor Collaboration.

Een grotere lichaamslengte is geassocieerd met een kleinere kans op hart-en vaatziekten en longziekten en een kleinere kans op complicaties bij zwangerschap. Wel is het zo dat langere mensen een iets grotere kans hebben op het krijgen van bepaalde vormen van kanker. Dus het langste volk ter wereld zijn, is dit dan goed of slecht nieuws?

Goed nieuws, want uit het onderzoek blijkt ook dat langere mensen langer leven en over het algemeen gezonder zijn. Dit is niet zo gek, want een toenemende lichaamslengte is onder andere het gevolg van een gezonde leefstijl, goede gezondheidszorg, erfelijkheid en een gezonder voedingspatroon.

Consumptie van zuivel wordt geassocieerd met een langere lichaamslengte enerzijds (blijkt ook uit Richtlijnen Goede Voeding, Gezondheidsraad 2015) en een toenemende gezondheid anderzijds (Richtlijnen goede voeding, Gezondheidsraad 2015). Niet voor niets heeft zuivel een speciale plaats in de nieuwe Schijf van Vijf van het Voedingscentrum.

Hoe vertaal je de nieuwe Schijf van Vijf naar een voedingsadvies voor kinderen?

De Richtlijnen goede voeding zijn vooral gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek bij volwassenen. Het Voedingscentrum legde tijdens een congres van het FrieslandCampina Institute uit hoe de richtlijnen vertaald kunnen worden naar een voedingsadvies voor kinderen.

Voedingsadvies voor kinderen

Zo’n 300 (kinder)diëtisten, jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen en voedingsconsulenten bezochten op 1 juli het congres ‘Jong geleerd is oud gedaan – Nieuwe Richtlijnen goede voeding en Schijf van Vijf’ in Corpus te Leiden. Een van de sprekers was Astrid Postma-Smeets van het Voedingscentrum. De Richtlijnen goede voeding kunnen niet zomaar worden doorgetrokken naar een voedingsadvies voor jonge kinderen. Daarom heeft het Voedingscentrum een vertaling van de voedingsnormen gemaakt voor kinderen.

Minder vlees, meer peulvruchten

Postma-Smeets: ‘Het Voedingscentrum heeft specifieke afwegingen gemaakt bij het berekenen van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden (ADH, redactie) voor kinderen. Algemeen hebben we aangehouden dat kinderen van 1-3 jaar 25% van de ADH van volwassenen nodig hebben, voor kinderen van 4-8 jaar hebben we 50% aangehouden en voor kinderen van 9-13 jaar kwamen we op 75%. Ook hebben we afwegingen gemaakt en bijvoorbeeld de oude ADH, uitkomsten van de Voedselconsumptiepeilingen, het volume van een product en de energiebehoefte van kinderen meegenomen.’ De resultaten daarvan zijn terug te vinden in bijlagen 8 en 9 van de Richtlijnen Schijf van Vijf. Het Voedingscentrum komt zo onder andere op het advies aan kinderen om minder vlees te consumeren en meer peulvruchten (wekelijks) te eten. Brenda Glas, kinderdiëtist/voedingskundige, Consultancy in Kindervoeding: ‘Kinderen van 4-8 jaar mogen bijvoorbeeld 5 keer per week een klein stukje vlees, totaal maximaal 250 gram per week. Ook 1-2 opscheplepels peulvruchten per week staat voor deze doelgroep in de Schijf van Vijf.’

Zuivel en kaas

Hoe pakt de vertaalslag uit voor zuivel en kaas? De nieuwe aanbevelingen zijn 300 gram melk(producten) per dag voor kinderen tot en met 8 jaar en 450 voor kinderen van 9 tot en met 13 jaar. Glas: ‘Voor kinderen tot en met 3 jaar geldt een calciumaanbeveling van 500 mg per dag. Met 2 keer zuivel per dag krijgen de kinderen voldoende calcium binnen. De inname volgens de Schijf van Vijf is circa 650 mg calcium, zonder kaas op het brood.’ Postma-Smeets: ‘Voor kinderen vanaf 4 jaar passen 20+ en 30+ kaas, zachte geitenkaas, mozzarella en zuivelspread binnen de Schijf van Vijf. Diverse buitenlandse kaassoorten zoals brie en blauwgeaderde kaas en ook 40+ en 48+ kazen kunnen wekelijks buiten de Schijf van Vijf gekozen worden.’ Deze producten behoren volgens het Voedingscentrum tot de weekkeuzes die, afhankelijk van de leeftijd, tot maximaal 3 keer per week genomen kunnen worden.

Dagelijkse aanbevelingen voor kinderen

Op de website van het Voedingscentrum zijn factsheets te downloaden van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden voor kinderen per leeftijdsgroep. Er is een factsheet voor kinderen van 1 t/m 8 jaar en een voor kinderen van 9 t/m 13 jaar. In onderstaande tabel zijn alle aanbevelingen voor kinderen terug te vinden per leeftijdsgroep.

Aanbevolen hoeveelheden voedingsmiddelen voor kinderen tot 13 jaar (per dag, tenzij anders vermeld)

1-3 jaar (jongens en meisjes) 4-8 jaar (jongens en meisjes) 9-13 jaar (jongens) 9-13 jaar (meisjes)
Groente 50-100 g 100-150 g 150-200 g 150-200 g
Fruit 150 g 150 g 200 g 200 g
Brood 2-3 sneetjes 2-4 sneetjes 5-6 sneetjes 4-5 sneetjes
Graanproducten en aardappelen 1-2 opscheplepels 2-3 opscheplepels 4-5 opscheplepels 3-5 opscheplepels
Vis 50 g per week 50-60 g per week 100 g per week 100 g per week
Peulvruchten ½ opscheplepel per week 1-2 opscheplepel(s) per week 2 opscheplepels per week 2 opscheplepels per week
Vlees Max 250 g per week en 50 g per keer Max 250 g per week en 50 g per keer Max 500 g per week en 100 g per keer Max 500 g per week en 100 g per keer
Ei 1-2 per week 2-3 per week 2-3 per week 2-3 per week
Ongezouten noten 15 g 15 g 25 g 25 g
Melk(producten) 300 g 300 g 450 g 450 g
Kaas 20 g 20 g 20 g
Smeer- en bereidingsvetten 30 g 30 g 45 g 40 g
Vocht 1 liter 1-1,5 liter 1-1,5 liter 1-1,5 liter

 

 

 

Wat is het effect van zuivelconsumptie op gewichtstoename bij 45+ vrouwen?

Wat is het verband is tussen zuivelconsumptie en gewichtsverandering en het risico op over gewicht en obesitas bij volwassen vrouwen van 45+ met een normale BMI bij aanvang? Onderzoekers van Harvard University hebben dit onlangs onderzocht.(1)

Studie-opzet

De deelnemers waren vrouwelijke gezondheidsprofessionals (≥45 jaar), afkomstig van de Women’s Health Study. Aan het begin van de studie (1992­1995) hebben bijna 40.000 vrouwen vragenlijsten over hun leefstijl en medische geschiedenis beantwoord en een uitgebreide voedselvragen­frequentielijst ingevuld. De analyse werd beperkt tot gezonde vrouwen met een normale BMI bij aanvang (18,5­25 kg/m 2 ) en waarvan voldoende informatie over de zuivelconsumptie bekend was. Dat bracht het totaal aantal deelnemers op 18.438.

Resultaten

  • Na gemiddeld 11,2 jaar ontwikkelde 8.238 vrouwen overgewicht of obesitas (45%).
  • Alle niveaus van zuivelconsumptie waren geassocieerd met gewichtstoename. De gewichtstoename nam af naarmate de zuivelconsumptie toenam.
  • De consumptie van ≥1,3 porties volle zuivel was geassocieerd met een significant lager risico op het krijgen van overgewicht of obesitas dan bij een consumptie van ­0,2 porties. De consumptie van totale zuivel, evenmin als van magere­ en halfvolle zuivel, was niet geassocieerd met een lager of hoger risico.

wat_is_het_effect_van_zuivelconsumptie_op_gewichtstoename_bij_45+_vrouwen

Conclusie

Deze prospectieve studie laat zien dat een hogere zuivelconsumptie belangrijk kan zijn bij de preventie van gewichtstoename bij vrouwen van 45+ die bij aanvang geen overgewicht of obesitas hebben.

Referenties
1.   Rautiainen S, Wang L, Lee IM, et al. Dairy consumption in association with weight change and risk of becoming overweight or obese in middle-aged and older women: a prospective cohort study. Am J Clin Nutr. 2016 Apr;103(4):979-88.

 

Beïnvloedt een hoge zuivelconsumptie bij kinderen het krijgen van overgewicht of obesitas op latere leeftijd?

Er zijn aanwijzingen dat zuivelconsumptie een neutraal effect heeft op overgewicht en obesitas bij kinderen. Bij adolescenten wordt een beschermend effect gevonden.(1) Het is nog onduidelijk wat de effecten op de lange termijn zijn. Daarom is in dit onderzoek een systematic review en een meta-analyse uitgevoerd.(2)

Studieopzet

Studies kwamen in aanmerking wanneer ze prospectief van opzet waren, in het Engels gepubliceerden de deelnemers kinderen en/of adolescenten waren. Daarnaast moest er gekeken zijn naar zuivelconsumptie (alle soorten) in relatie tot overgewicht/obesitas, lichaamsvetpercentage of de BMI.

beinvloedt_een_hoge_zuivelconsumptie_bij_kinderen_het_krijgen_van_overgewicht_of_obesitas_op_latere_leeftijd

Resultaten

In totaal voldeden er tien studies aan de opgestelde criteria met een gemiddelde duur van 3 jaar (1 tot 8 jaar). De leeftijd van de deelnemers varieerde van 2­ tot 15 jaar (gemiddeld 7,4 jaar). Van de tien studies keken er drie naar de totale zuivelconsumptie, zeven naar melk en één naar room(ijs), créme fraiche of kaas. Uit de meta-­analyse kwamen de volgende resultaten naar voren:

  • Zuivelconsumptie (hoogste versus laagste inname) was geassocieerd met een 38% lager risico op overgewicht/obesitas. Iedere verhoging van de zuivelconsumptie met één portie verlaagde het risico met 13%.
  • Zuivelconsumptie was na correctie voor publicatie­bias geassocieerd met een lager lichaamsvetpercentage (gemeten met DEXA).
  • Zuivelconsumptie (hoogste versus laagste inname) was niet geassocieerd met een verandering van de BMI. Iedere verhoging van de zuivelconsumptie met één portie verlaagde wel de BMI met 0.02 punten, mogelijk door een gunstigere lichaamssamenstelling.

Conclusie

Deze meta­-analyse laat zien dat kinderen en adolescenten met een hoge zuivelconsumptie minder kans hebben op overgewicht of obesitas op latere leeftijd.

Referenties
(1)   Dror DK. Dairy consumption and preschool, school-age and adolescent obe-sity in developed countries: a systematic review and meta-analysis. Obes Rev 2014; 15: 516–527.
(2)   Lu L, Xun P, Wan Y, et al. Long-term association between dairy consumption and risk of childhood obesity: a systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies. Eur J Clin Nutr. 2016 Apr;70(4):414-23.

NAV bij Maastricht University: over de invloed van rode bietensap op bloedvaatwanden en gunstige eiwitten voor spiersynthese

Een eiwitrijke voeding kan de eiwitsynthese in de spieren stimuleren na inspanning, maar verschilt per eiwit en het is voor obese mensen lastiger om gezonder te gaan eten dan om meer te gaan bewegen. Dat bleek uit presentaties van prof. Ronald Mensink en prof. Stef Kremers tijdens de “NAV op locatie” bij Maastricht University op 26 mei.

NAV bij Maastricht University over de invloed van rode bietensap op bloedvaatwanden en gunstige eiwitten voor spiersynthese

De Nederlandse Academie van Voedingswetenschappen (NAV) organiseerde voor haar leden een ‘NAV on location’ bij Maastricht University om kennis te maken met het voedingsonderzoek in het zuiden van het land. Bij Maastricht University vindt veel onderzoek plaats waarvan de resultaten ook in de praktijk van nut zijn. Zo liet Ronald Mensink, hoogleraar moleculaire voeding aan Maastricht University, resultaten zien van onderzoek naar de eiwitsynthese in de spieren na inspanning. Die eiwitsynthese is gunstig voor spieropbouw en spierherstel. In het onderzoek kregen 12 gezonde jonge mannen na krachttraining 30 gram eiwit binnen via melk of rundvlees. Uit bloedonderzoek en spierbiopten bleek dat melkeiwit de eiwitsynthese in de spieren binnen 2 uur na de inspanning meer stimuleerde dan rundvleeseiwit. Eiwitten uit zuivel werken dus beter dan eiwitten uit rundvlees. Volgens Mensink heeft dat mogelijk te maken met een gunstigere aminozuursamenstelling.

Rode bietensap

Mensink liet ook ander onderzoek van Maastricht University de revue passeren, zoals een studie naar het effect van rode bietensap op de vaatwand. Rode bietensap staat onder sporters bekend als prestatieverhogend. Uit onderzoek aan de Maastricht University blijkt rode bietensap de vaatwanden flexibeler te maken en de bloeddruk te verlagen. Het sap bevat veel nitraat, dat in het lichaam kan worden omgezet in nitriet en stikstofmonoxide. Dit laatste zou de spieren efficiënter laten werken en de bloedvaten verwijden, zodat er meer zuurstof naar de spieren kan worden getransporteerd. Opvallend genoeg werkt rode bietensap in een recent onderzoek van Maastricht University wel bloeddrukverlagend, maar een drankje met evenveel nitraat erin niet. Mensink kan dit verschil in effect vooralsnog niet verklaren.

glas rode bietensap

Meer zittend gedrag; meer energierijk eten

Bij Maastricht University zoekt Stef Kremers, hoogleraar preventie van obesitas, onderzoek naar oplossingen voor het obesitas-probleem. ‘Obesitas is een ‘wicked problem’; een complex probleem zonder eenduidige oorzaak. Er is dus ook niet één oplossing’, benadrukte Kremers tijdens de ‘NAV on location’. Volgens Kremers werd vroeger gekeken naar het gedrag van het individu, maar krijgt tegenwoordig de invloed van de omgeving en de complete leefstijl meer aandacht. Bepaalde gedragingen blijken een sterke samenhang te vertonen, zoals dat zittend gedrag vaak samen gaat met het consumeren van een energiedichte voeding. En wie op de fiets naar het werk gaat, neemt vaak een banaan mee naar het werk.

Beweegkuur

Kremers was ook betrokken bij de “Beweegkuur”, een leefstijlinterventie die in de huisartsenpraktijk door leefstijlcoaches is uitgevoerd bij mensen met obesitas. Hij zag dat de motivatie om meer te gaan bewegen bij de deelnemers makkelijker toenam dan om gezonder te gaan eten. Het kost dus meer moeite om het voedingsgedrag te veranderen. Omdat kinderen van nature graag bewegen, denkt Kremers dat volwassenen dat plezier in bewegen weer terug kunnen halen. ‘Maar met plezier meer sla gaan eten, dat is voor de meeste mensen een heel ander verhaal’, aldus Kremers.

Voeding Magazine is vernieuwd!

Veel lezers is het al opgevallen: de nieuwste Voeding Magazine heeft een nieuwe en frisse vormgeving. Het magazine heeft niet alleen een nieuw jasje en een nieuwe naam (zonder s tussen Voeding en Magazine), maar is ook inhoudelijk veranderd. Waar voorheen wetenschappelijke studies centraal stonden, wil Voeding Magazine nu een brug slaan tussen de voedingswetenschap en de praktijk van de diëtist.

spread VM 1 2016Het nieuwste nummer van Voeding Magazine staat vooral in het teken van de nieuwe Schijf van Vijf. In een interview geeft Astrid-Postma Smeets van het Voedingscentrum antwoord op vragen en licht ze de achtergronden toe van de Schijf van Vijf. Verder een interview met de hoogleraren prof.dr.ir. Edith Feskens en prof.dr.ir. Ellen Kampman van de vakgroep Humane Voeding van Wageningen Universiteit over de gezondheid van de Nederlander en hoe de diëtist kan worden ingezet om mensen gezonder te laten eten.

Ook productherformulering moet helpen mensen gezonder te laten eten. In de zuivelsector worden stappen gezet op het gebied van zout- en suikerreductie in zuivelproducten. In dit nummer het eerste deel over zoutreductie in Goudse kaas waardoor 22,2% minder zout in Goudse kaas zit dan in 2006.

Voeding Magazine wordt uitgegeven door de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO). Daarom staat er in elk nummer relatief veel nieuws over zuivel. We streven ernaar deze informatie zo goed en objectief mogelijk voor het voetlicht te brengen.

Voor wie?
Voeding Magazine is een gratis kwartaalmagazine voor diëtisten, voedingskundigen, huisartsen, praktijkondersteuners, gewichtsconsulenten en andere gezondheidszorgprofessionals.

nieuws-voeding_magazine_1-2016

Wilt u Voeding Magazine ook gratis ontvangen? Meld u aan!

Diëtistendagen 2016: presentaties over de Schijf van Vijf en de eiwitaanbeveling voor ouderen

De Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD) vierde op 8 en 9 april haar 75-jarig bestaan tijdens de Diëtistendagen met een grote bijeenkomst in Noordwijkerhout. Bij elkaar konden meer dan duizend diëtisten gedurende twee dagen in twaalf programmaronden kiezen uit tientallen presentaties van collega-diëtisten.

Minister Edith Schippers

De Diëtistendagen werden geopend met felicitaties van minister Edith Schippers (VWS) Zij sprak het publiek via een videoboodschap toe en benadrukte daarin de belangrijke rol van de diëtist in de huidige obese omgeving. De vele Nederlanders die worstelen met hun gewicht en door de voedselhypes niet meer weten wat gezonde voeding is, adviseerde zij naar de diëtist te gaan voor goed en onafhankelijk advies.

minister_schippers_tijdens_dietistendagen_NVD

Parallelle sessies

Na de opening verdeelde het publiek zich over de vele parallelle presentaties die werden gegeven door collega-diëtisten. Zuivelengezondheid.nl bezocht er twee. Hieronder een kort verslag van de presentaties van dr. ir. Annette Stafleu over de nieuwe Schijf van Vijf en van dr. Jan de Vries over het belang van eiwit bij afnemende spiermassa bij ouderen.

De nieuwe Schijf van Vijf – dr.ir. Annette Stafleu

‘In de nieuwe Schijf van Vijf zijn alleen voedingsmiddelen opgenomen die gezondheidswinst leveren. De aanbevolen hoeveelheden van deze voedingsmiddelen leveren 100% van essentiële vitamines en mineralen en 85% van de energie.’ Dat vertelde dr. ir. Annette Stafleu, senior voedingskundige van het Voedingscentrum.

Zij legde uit dat er per productgroep binnen de Schijf van Vijf maximale gehaltes per 100 gram zijn opgesteld voor verzadigd vet, transvet, zout en suiker, plus minimale gehaltes voor vezels. Volle zuivel, volvette kaas en vette vleessoorten – door de Gezondheidsraad niet afgeraden – vallen toch buiten de Schijf van Vijf vanwege een hoog gehalte aan verzadigd vet. Vleeswaren zijn niet in de Schijf opgenomen, omdat de Gezondheidsraad adviseert de consumptie ervan te beperken.

Het Voedingscentrum adviseert 3-5 keer per dag iets kleins buiten de Schijf van Vijf en maximaal 3 keer per week iets groots. Een dagkeuze bevat per portie maximaal 75 kcal, 1,7 gram verzadigd vet en 0,5 gram zout. Zit er van iets meer in, dan is het automatisch een weekkeuze. Stafleu: ‘Eten volgens de Schijf van Vijf is een ideaalplaatje. Veel mensen zitten daar ver vanaf. Het hoeft niet meteen perfect: elke stap in de goede richting telt.’

Eiwitaanbeveling voor ouderen – dr. Jan de Vries

Bij het ouder worden neemt de spiermassa af. Eiwitten spelen een belangrijk rol om de functionaliteit te behouden, maar ouderen krijgen in de praktijk vaak te weinig eiwit binnen. Dat concludeerde voedingskundige dr. Jan de Vries van De Vries Nutrition Solutions.

zaal_tijdens_dietistendagen_NVD

De Vries ging in op de verhoogde behoefte aan eiwit bij ouderen. In een recente Europese review wordt per kg lichaamsgewicht per dag 1,0-1,2 gram eiwit geadviseerd als evidence-based aanbeveling, zo liet De Vries zien. Dat is hoger dan de 0,8 gram die in de Voedingsnormen van de Gezondheidsraad uit 2001 staat. Als er sprake is van ziekte, adviseert de Stuurgroep Ondervoeding zelfs 1,2-1,5 gram eiwit per kg lichaamsgewicht per dag. De Vries concludeert: ‘Voor ouderen is de eiwitinname kritisch, zeker als er sprake is van ziekte, ondervoeding of risico daarop’.

Daarnaast benadrukte de Vries dat het bij eiwitten niet alleen gaat om de totale hoeveelheid per dag, maar ook om de verdeling ervan over de dag: ‘Het advies is 25 à 30 gram eiwit per maaltijd. Uit onderzoek blijkt dat Nederlandse ouderen die hoeveelheid alleen halen bij de avondmaaltijd. De lunch levert minder en het ontbijt voldoet er absoluut niet aan.’